Onderreden
Werkwoord
Onbepaalde wijs | Gebiedende wijs | Aanvoegende wijs | |
---|---|---|---|
Enkelvoud | Meervoud | ||
onderreden | onderreed | onderreedt | onderrede |
Aantonende wijs | |||
---|---|---|---|
Tegenwoordige tijd | Verleden tijd | ||
ik | onderreed | ik | onderreedde |
jij | onderreedt onderreed jij? jij? |
jij | onderreedde |
u | onderreedt onderreedt u? u? |
u | onderreedde |
hij / zij / het | onderreedt | hij / zij / het | onderreedde |
wij | onderreden | wij | onderreedden |
jullie | onderreden | jullie | onderreedden |
zij | onderreden | zij | onderreedden |
Voltooid deelwoord | Tegenwoordig deelwoord |
---|---|
ondergereed | onderredend |
Betekenis
Evenwoord
- Communiceren (Latijn)[3]
Bron, aantekening en/of verwijzing
- ↑ WikiWoordenboek, Communiceren.
- ↑ Middelnederlandsch Woordenboek, Onderreden.
- ↑ Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2010), Etymologiebank, op https://etymologiebank.nl/, Communiceren.