Naar inhoud springen

Aanvoegende wijs

Uit Zaakwoordenboek der Lage Landen

Vrouwelijke naamwoordgroep

Naamval Enkelvoud Meervoud
Eerste de aanvoegende wijs de aanvoegende wijzen
Tweede der aanvoegende wijs der aanvoegende wijzen
Derde der aanvoegende wijs den aanvoegenden wijzen
Vierde de aanvoegende wijs de aanvoegende wijzen

Betekenis


Spraakkunst:

  1. De vorm waarin een werkwoord wordt gebruikt om een wens, ongewisheid of mogelijkheid tot uitdrukking te brengen.[1]

Evenwoord


Bron, aantekening en/of verwijzing

  1. WikiWoordenboek, aanvoegende wijs.
  2. 2,0 2,1 Woordenboek der Nederlandsche Taal, subjunctief.