Verleden tijd
Uiterlijk
Mannelijke naamwoordgroep
Naamval | Enkelvoud ♂ | Meervoud |
---|---|---|
Eerste | de verleden tijd | de verleden tijden |
Tweede | des verledenen tijds | der verleden tijden |
Derde | den verledenen tijde | den verledenen tijden |
Vierde | den verledenen tijd | de verleden tijden |
Betekenis
Spraakkunst:
- Aanduiding voor wat zich in het verleden afspeelde.[1]
Bron, aantekening en/of verwijzing
- ↑ WikiWoordenboek, verleden tijd.