Burger

Uit Zaakwoordenboek der Lage Landen

Mannelijk zelfstandig naamwoord

Naamval Enkelvoud Meervoud
Eerste de burger de burgers
Tweede des burgers der burgers
Derde den burger den burgers
Vierde den burger de burgers

Betekenis

  1. Inwoner ener stad of staat die bepaalde wettelijke rechten en plichten heeft.[1]
  2. Mannelijk lid der burgerbevolking, in tegenstelling tot de strijdkrachten.[1]

Evenwoord

  1. Burgeres (vrouwelijk evenknie).

Bron, aantekening en/of verwijzing


  1. 1,0 1,1 WikiWoordenboek, Burger.