Zwaardvechter

Uit Zaakwoordenboek der Lage Landen
Helm eens Romeins zwaardvechters gevonden in de zwaardvechterketen te Pompeii (eerste eeuw na Christus).

Sjabloon:Znw-m

Woordopbouw

zwaardvechter

Betekenis

  1. Een man (beroeps of slaaf) in het oude Rome die toeschouwers en toeschouwsters vermaakte door een dodelijk gevecht aan te gaan met een ander, of met een wild dier.[1]

Woordelijk:

  1. Een man die met een zwaard vecht.

Evenwoord

  1. Gladiator (Latijn)[2]

Tegenwoord

  1. Zwaardvechtster

Geschiedenis

Den zwaardvechter (Latijn: gladiator, "zwaardvechter", van gladius, "zwaard") was een gewapende strijder die in het Romeinse Gemenebest en het Romeinse Rijk toeschouwers en toeschouwsters vermaakte in gewelddadige aanvaringen met andere zwaardvechters, wilde dieren en veroordeelde misdadigers. Sommige zwaardvechters waren vrijwilligers die hun leven en hun wettelijk en maatschappelijk aanzien waagden door in het krijt te verschijnen. De meesten werden als slaven veracht, onder barre omstandigheden opgeleid, maatschappelijk achtergesteld en zelfs in de dood afgezonderd.

Ongeacht hun afkomst boden zwaardvechters de toeschouwers en toeschouwsters een voorbeeld der Romeinse krijgszedenleer en door goed te vechten of te sterven konden zij bewondering en bijval opwekken. Zij werden gevierd in hoge en lage kunst en hun waarde als vermakers werd herdacht in kostbare en alledaagse voorwerpen in de hele Romeinse wereld.

Den oorsprong van zwaardvechterstrijden staat ter betwisting. Er zijn aanwijzingen dat het voorkomt in begrafenisplechtigheden tijdens de Punische oorlogen in de derde eeuw voor Christus en daarna werd het snel een onontbeerlijk kenmerk der bewindschap en des maatschappelijken levens in de Romeinse wereld. Zijn welgezienheid leidde tot het gebruik ervan in steeds weelderige en duurdere spelen.

De zwaardvechterspelen duurden bijna duizend jaar en bereikten hun hoogtepunt tussen de eerste eeuw voor Christus en de tweede eeuw na Christus. De christenen keurden de spelen af omdat er afgodelijke heidense plechten aan te pas kwamen en de welgezienheid der zwaardvechterwedstrijden nam in de vijfde eeuw af, wat leidde tot de verdwijning ervan.[3]