Vechter

Uit Zaakwoordenboek der Lage Landen

Mannelijk zelfstandig naamwoord

Naamval Enkelvoud Meervoud
Eerste de vechter de vechters
Tweede des vechters der vechters
Derde den vechter den vechters
Vierde den vechter de vechters

Woordopbouw

vechten-er

Betekenis


Eigenlijk:

1. Een man die met een ander vecht, of aan een vechtpartij deelneemt.[1]

Beroeps:

2. Krijgsman.

Tegenwoord


Bron, aantekening en/of verwijzing