Maagschap

Uit Zaakwoordenboek der Lage Landen

Vrouwelijk zelfstandig naamwoord

Naamval Enkelvoud Meervoud
Eerste de maagschap de maagschappen
Tweede der maagschap der maagschappen
Derde der maagschap den maagschappen
Vierde de maagschap de maagschappen

Woordopbouw

maag-schap

Betekenis

Grijpbaar:

1. Het geheel van (bloed)verwanten.

Ongrijpbaar:

2. Verwantschap; bepaald aanverwantschap.[1]

Evenwoord

Betekenis 1: