Looimaand

Uit Zaakwoordenboek der Lage Landen
(Doorverwezen vanaf Looimaanden)
De hooglijk rijke uren des hertogen van Berry: louwmaand (1412).

Mannelijk zelfstandig naamwoord

Naamval Enkelvoud Meervoud
Eerste de looimaand de looimaanden
Tweede des looimaands der looimaanden
Derde den looimaande den looimaanden
Vierde den looimaand de looimaanden

Woordherkomst

looimaent (Vroegmiddelnederlands)[1]

Betekenis

  1. Louwmaand.

Evenwoord

  1. Januari (Latijn, Ianuarius).[2]

Maandoverzicht


louwmaand
Latijn: januari
sprokkelmaand
Latijn: februari
lentemaand
Latijn: maart
grasmaand
Latijn: april
bloeimaand
Latijn: mei
zomermaand
Latijn: juni
hooimaand
Latijn: juli
oogstmaand
Latijn: augustus
herfstmaand
Latijn: september
wijnmaand
Latijn: oktober
slachtmaand
Latijn: november
wintermaand
Latijn: december

Voor meer inlichtingen zie de Maandnamen Woordenlijst.