Dwaler

Uit Zaakwoordenboek der Lage Landen
Mars, een dwaler in ons zonnestelsel.

Mannelijk zelfstandig naamwoord

Naamval Enkelvoud Meervoud
Eerste de dwaler de dwalers
Tweede des dwalers der dwalers
Derde den dwaler den dwalers
Vierde den dwaler de dwalers

Woordopbouw

dwalen-er

Betekenis


Eigenlijk:

1. Een man die dwaalt.[1]

Sterrenkunde:

2. Een groot, bolvormig en dicht hemellichaam dat zelf geen licht geeft en in ene vaste baan om ene ster draait.[2]

Evenwoord


Betekenis 1, 2:

Betekenis 2:

Omschrijving


Betekenis 2:

Een dwaler is een groot, bolvormig sterrenkundig lichaam dat noch ene ster, noch een overblijfsel daarvan is. Het zonnestelsel telt ten minste acht dwalers: de aardse dwalers Mercurius, Venus, Aarde en Mars, en de reuzendwalers Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus.
Het leenwoord planeet is afkomstig van het Griekse πλανήτης ('planētēs'), dat weer teruggaat op πλανὰομαι ('planáomai'), dat ronddolen of rondzwerven betekent – vandaar ook het Nederlandse 'dwaler' en 'dwaalster' ('dwalen'+'ster' (een dwalende ster, uitgesproken als dwaalstèr), niet te verwarren met de eigenlijke vrouwelijke evenknie van dwaler, 'dwalen'+'-ster' (zij die dwaalt, uitgesproken als dwaalstur)).
Met de ontwikkeling des sterrenkijkers werd de betekenis van dwaler uitgebreid tot voorwerpen die alleen met hulp zichtbaar waren: de ijsreuzen Uranus en Neptunus; Ceres en andere lichamen die later als deel des dwalerachtigengordels werden erkend; en Pluto, waarvan later werd vastgesteld dat deze het grootste lid was der verzameling ijzige lichamen die bekend staat als de Kuipergordel.[4][5]

☆ Uitgelicht
Deze bladzijde is uitgelicht. Klik hier om alle uitgelichte bladzijden te bekijken.