Behuwdvader
Mannelijk zelfstandig naamwoord
Naamval | Enkelvoud ♂ | Meervoud |
---|---|---|
Eerste | de behuwdvader | de behuwdvaders |
Tweede | des behuwdvaders | der behuwdvaders |
Derde | den behuwdvader | den behuwdvaders |
Vierde | den behuwdvader | de behuwdvaders |
Betekenis
- De vader van iemands vrouw of man.[1]
De Behuwden
Bron, aantekening en/of verwijzing
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche Taal, vader.